Het verste oosten
21 February 2011, 16:11Zat ik ruim een week nog in het uiterste zuiden van India; deze keer is het verste oosten aan de beurt. De Andaman en Nicobar eilanden liggen dichter bij Thailand dan bij India. Ze liggen 1200 kilometer uit de kust. Slechts een paar uurtjes met het vliegtuig, maar het is een bootreis van drie dagen. Ik ben nog niet helemaal reismoe: uiteraard koos ik voor het laatste.
Het bemachtigen van een kaartje voor de boot was een onderneming. Het begon met de rit ernaartoe. Nu ben ik wel gewend aan scheurende riksja’s; en aan de totale anarchie binnen het verkeer hier. Maar bij deze brokkenpiloot had je het gevoel in Carmaggedon terecht te zijn gekomen. Meerdere keren moesten mensen wegspringen om aan de dood of op zijn minst levenslange invaliditeit te ontsnappen. Spookrijden was geen probleem, behalve voor die sukkels die zich wel aan de regels houden! En bij het tankstation knal je gewoon dwars door de wachtende rij, de boze andere riksja’s negerend; we hebben namelijk haast.
Nog maar net heelhuids kom ik aan bij het loket van de Shipping Director. In eerste instantie waren de ambtenaren achter het loket geenszins van plan me een ticket te verkopen. “Vandaag alleen voor de boot van vandaag. Kom morgen terug, dan kun je voor de 16e kopen.” Een kwalitatief uitermate teleurstellende smoes want allereerst ging er vandaag helemaal geen boot, en ten tweede had ik net een Belg ontmoet die wel gewoon een kaartje voor de 16e had gekregen. De riksja’s in Chennai zijn duur dus ik wilde niet dat dat voor niks zou zijn. Ik bleef netzolang aandringen totdat ze me toch maar gewoon een kaartje hebben verkocht.
Ondertussen was de riksja-chauffeur onrustig. Hij leed pijn. In de ochtend had hij een of ander motor-ongeluk gehad en zijn arm en been lagen open. Ja, we hadden echt te maken met een full time stuntman. Op de weg terug geeft hij nog een demonstratie, met ware doodsverachting vliegt hij door de steegjes van de stad. Maar dan grijpt Gerechtigheid in. Hij let niet goed op en ramt met volle snelheid achterop een motor. De twee berijders worden erafgeslingerd. Het achterlicht van de motor is kapot maar in de riksja zit een enorme deuk. De brokkenpiloot is verslagen; dit kost hem veel geld om te repareren. “Don’t you have insurance?” vroeg ik nog onschuldig. Zijn antwoord was iets van: “LOL WUT?”
Voordat ik de boot opging wilde ik nog even wat proviand inslaan. Zoals wat fruit, en natuurlijk een lekkere fles grog. Dat eerste is niet zo moeilijk maar voor dat laatste ben je echter afhankelijk van staatswinkels, en ja hoor. Vandaag was het een of andere overheids-feestdag en dus waren alle wine shops gesloten. Maar geen nood! Leve de zwarte markt, en om die te vinden zijn de zo geliefde riksja drivers je beste ingang. Dus al snel had ik twee flesjes lekkere brandy in mijn tas, na een snelle en onopvallende uitwisseling tijdens een korte stop in een achterstraatje van Chennai. Alsof het om heroine ging.
Het boarden van de boat was eigenlijk bijna hetzelfde als inchecken voor het vliegtuig. Alleen mocht je nu 55kg bagage meenemen. Alle bagage werd gescand en ja hoor, mijn backpack werd eruitgevist. “Heeft u flessen?” vroeg de man naar de bekende weg. Ik moest ze eruithalen en ze werden apart gezet. Ik mocht ze niet op de boot meenemen, want alcohol was ten strengste verboten. Bugger!!
Achteraf was het wel begrijpelijk. Indiers staan namelijk niet bekend om het drinken van wat biertjes voor de gezelligheid. Als een Indier drinkt, dan drinkt hij met 1 doel: zo snel mogelijk dronken worden. Moet je voorstellen, drie dagen op zee met een boot vol met straalbezopen Indiers…
De reis verliep rustig en best aangenaam. Maar drie dagen is wel lang. Het uitzicht over de zee was op zich mooi, maar wel wat saai en vooral heel veel van hetzelfde. De eetmomenten waren de ijkpunten in je dag, want het eten was best goed. De passagiers waren voornamelijk Indiers, waaronder een flinke groep moslimbroeders, die vijf keer per dag het linkerdek (sorry, bakboord) veranderden in een moskee. Er waren maar een handjevol westerlingen. Mijn kamergenoten waren alledrie Indiaas en jong; een stel uit Mumbai en een jongen uit Bangalore. Beide mannen waren snorloos; en dat is bijna een garantie voor moderniteit. Zo ook hier; het klikte best.
Eindelijk doemden dan de contouren van land op. Er ging een zucht van verlichting door de boot. Nu waren we er toch bijna. Maar het duurde nog wel een uur of vier; de Andamans zijn best groot. Van de honderden eilanden zijn er maar enkele tientallen bewoond; de rest bestaan uit ondoordringbaar oerwoud. Wanneer ik zometeen miljardair ben ga ik een paar van die eilanden kopen, heb ik besloten.
Rond half vijf werd eindelijk de loopplank uitgelegd. Alle buitenlanders moesten een permit halen, wat snel geregeld was. Het was al te laat om door te gaan naar Havelock Island, dus heb ik een nacht in Port Blair overnacht. De volgende ochtend had ik dankzij een ongastvrije checkout time van acht uur al vroeg de boot naar Havelock en om 11 uur zat ik in een resort, in een hutje van twee verdiepingen.
Ik ben meteen naar het duikcentrum getogen om het duiken te regelen. Het was al meer dan twee jaar sinds mijn laatste duik dus wilde ik niet meteen afdalen naar 40 meter. Ik heb de volgende dag (vandaag dus) een scuba review gedaan; korte herhaling van de belangrijkste dingen en een niet al te heftige duik van maximaal 20 meter. Het ging me echter prima af, en om maar even een verschrikkelijk cliche uit de kast te trekken: ik voelde me als een vis in het water, zowel letterlijk als figuurlijk!
Morgen ga ik dus echt deep.
Sorry, nog geen foto’s. Ik heb geen mobiel bereik hier; en alle internet hier moet door dunne inbellijntjes gesleurd en gepropt worden.
Je klinkt al als Kapitein Haddock! Mooi verhaal weer, zeeman. Pas op voor haaien! 😉
P.S. Hoe is het met die twee motorrijders afgelopen??
Nou, dat is dan toch maar best gelukt, dat gesleur en geprop door die dunne inbellijntjes. Het is weer een prachtig verhaal geworden. Die foto’s van deep en zo houden we tegoed?
Hi Lennart,
Mooi verhaal zeg! Dit is toch wel het bruisende leven van India. Precies zoals in de film met zogenaamde achtervolgingen via kleine steegjes.
Jammer van de drank. Maar troost je, Thailand is dichtbij en daar staan de flessen mekong whisky al op je te wachten. Of ga je weer terug naar india voor een sapje? We zien het wel. Maar eerst genieten, duiken en weer genieten. Proost!!!
Wat een prachtig verhaal, hebben het in één adem uitgelezen!! Je doorzettingsvermogen vinden we bewonderenswaardig! Je laat je niet met een kluitje in het riet sturen. Mooi dat je het meestal zo weet te manipuleren dat een aanvankelijk halsstarrig “No” van een Indiër uiteindelijk toch uitmondt op een welwillend “Yes, okay!”, heel knap van je!
Na ruim vier maanden reizen over land, gaat er nu een geheel andere wereld voor je open, meters onder de zeespiegel. Geniet van al het kleurrijke schoons tijdens je diepzeeduiken en kom weer veilig boven! We blijven je belevenissen met belangstelling volgen!!
Die motorrijders zijn gelukkig met de schrik en wat schrammen weggekomen.
En op Havelock eiland blijkt ook gewoon een Wine Shop te zijn! Dus aan de sapjes gaan is niet nodig.
De foto’s van onderwater kan ik zelf niet maken, maar bovenwater-actiefoto’s zijn wel gemaakt, en die houden jullie van me tegoed.